Voor Jonetta ter Borg duurt de oorlog één dag te lang. Terwijl de geallieerden de rand van de stad Enschede al naderen, wordt de verzetsgroep van Jonetta en haar man Gerrit verraden. Een bijeenkomst die bij hun thuis plaatsvindt blijkt een valstrik. De Duitse Sicherheitsdienst valt binnen. Acht leden van het verzet worden omgebracht. Jonetta krijgt nog wel toestemming om eerst haar zoontje Gerrit in veiligheid brengen. Ze brengt hem naar haar dochter Hannie, die het huis bij het zien van de Duitse overvalwagens al was ontvlucht. Ondanks de smeekbedes van haar dochter gaat Jonetta daarna terug het huis in, want ze weet dat anders ook haar kinderen doodgeschoten zullen worden.
Een dag later was het overal in Enschede feest. Maar niet aan de Sumatrastraat 3.