Een dag voor kerst wordt Wim van Gerwen geboren. Een vrolijke jongen die na de Tweede Wereldoorlog in de groentehandel van zijn vader in Valkenswaard werkt en die hij waarschijnlijk overneemt. Maar dan moet hij in militaire dienst, op uitzending naar Nederlands-Indië. Hij wordt ingedeeld bij de zogenoemde ‘De Zwarte Panters’. Zij moeten helpen orde en gezag in de kolonie te herstellen. Wim is nog nooit zijn dorp uit geweest en komt in een heel nieuwe wereld terecht. De Zwarte Panters zijn totaal onvoorbereid en hebben geen idee wat hen te wachten staat. Op 5 maart 1949 is Wim na een ziekenhuisopname op weg terug naar zijn maten als een bermbom abrupt een einde maakt aan zijn jonge leven. Wim zal zijn dorp nooit meer terugzien.